Tag Archives: moeder de vrouw

Moeder als manager

In mijn vorige drie blogs over gezinnen met kinderen en werkende partners, heb ik het opvoeden en het huishouden als één full time taak beschouwd. In deze  vierde en voorlopig laatste blog belicht ik een belangrijk aspect daarvan, namelijk het management van het gezin. Zelfs als ze beiden vier dagen werken, is moeder de vrouw veelal niet geneigd het management te delen. Zij houdt het overzicht, signaleert, regelt, instrueert, plant.

Management in een gezin is een taak zonder begin en einde, het is er 24/7. Het is als een volcontinudienst zonder ploegenstelsel.

De manier waarop gesproken wordt over de taakverdeling laat zien dat het management bij de moeder ligt. Voor iedereen is een deeltaak: Papadag, Oma-en-Opa-dag, de crêchedag, de schooldag. Maar mamadag?  De hits op internet gaan vooral over Moederdag… Als je wilt dat dit verandert, let dan op je woorden, want ze sturen je gedachten (en van iedereen in het gezin). Dus Pappa past niet op, Pappa is er en zorgt voor alles wat er gedaan moet worden.

Als je toch graag zelf het management doet, doe het dan ook efficiënt. Gebruik de managementtechnieken[1], die ook gelden waar betaald gewerkt wordt, om het draaiend houden van je gezin te stroomlijnen. Een gezin is in veel opzichten een sociale onderneming.

Het begint ermee dat je je focus kiest.  Waar ben je van en waarvan niet? Dat is vergelijkbaar met wat een onderneming doet: wat is mijn core business? Bespreek als partners je visie wat je belangrijk vindt in je gezin; dat doe je al impliciet maar expliciteren helpt. Een gezin kan op heel veel manieren gestalte krijgen. Bij de één is het een zoete inval,  bij de ander wordt veel muziek gemaakt, bij de derde is het huis netjes en schoon op elk moment van de dag. Als je weet wat je echt belangrijk vindt, hou je daar dan ook aan. Dat scheelt enorm veel schuldgevoel, want al het andere is dus niet van toepassing. Bij de zoete inval kan het niet altijd netjes zijn, wie veel tijd steekt in (samen) musiceren kan niet rust en stilte in huis hebben.  Toen mijn vader met mijn moeder trouwde, zei hij: “Bij mijn moeder mocht altijd alles, ik hoop dat dat bij ons ook kan.” Niet letterlijk natuurlijk, maar in de zin dat er altijd mensen/kinderen konden blijven eten of slapen en initiatieven van de gezinsleden werden aangemoedigd. Deze slogan heb ik mijn hele kindertijd gehoord en mijn ouders hebben het samen waar gemaakt.

Betrek je gezinsleden bij zaken die niet goed gaan. Kinderen, net als mensen op het werk, willen wel veranderen maar niet veranderd worden. Om van je partner maar niet te spreken. Als er altijd vuile was rondslingert, blijf die dan niet zelf opruimen met een steeds slechter wordend humeur. Stel het aan de orde en je zult verbaasd staan van de creatieve oplossingen.

Het helpt zelfs om je gezinsleden af en toe als klanten te beschouwen. De klant is geen koning, het is niet “U vraagt, wij draaien”. Maar je wilt je klanten wel tevreden houden. De maaltijd is een mooi voorbeeld van hoe elke klant iets anders wil. Je gaat uiteraard niet vier maaltijden koken. Maar er zijn wel creatieve vormen waardoor er voor elk wat wils is. Zo heb ik een “pastatafel” ontwikkeld, vergelijkbaar met “rijsttafel”. De pasta is in één schaal, alle dingen die je erin of erbij zou kunnen doen, staan in aparte schaaltjes op tafel: geraspte kaas, tomatensaus, geruld gekruid gehakt, gesneden basilicum, gebakken champignons etc.

Ook bij efficiënt management blijft een gezin met twee werkkringen en twee kinderen een hectisch geheel. Af en toe is de manager dan ook over haar toeren. Misschien heb je dan iets aan de tips in mijn blogs “Spitsuur van het leven”.

 

[1] Ik heb een oud boekje: “Mevrouw als manager”, geschreven door Christiane Collange. Het is humoristisch en het brengt je op ideeën. Nog antiquarisch verkrijgbaar.


Eerlijk zullen we alles delen

Dit is de derde blog in een serie van vier over de combinatie van een gezin en betaald werk.

Zolang er een kind onder de 6 jaar is, zijn de opvoeding en het huishouden samen een full time taak. Het verdienen van een inkomen is dat ook. Twee full time taken voor twee mensen kunnen op elke gewenste manier worden verdeeld. Zodra echter meer dan 1 werkweek betaald gewerkt wordt, overstijgt dat de beschikbare tijd. Die moet dus gekocht en betaald worden (door opvang, huishoudelijke hulp etc.)

Bij veel paren is het bedrag dat vader per uur buitenshuis kan verdienen hoger dan wat moeder per uur kan verdienen.[1] Dit leidt dan tot de financieel voordelige verdeling van buitenshuis en binnenshuis werken waarbij vader veel meer uren betaald werkt dan moeder. De roemruchte 1,5 inkomen situatie. Of nog sterker, er wordt gesteld: “Ga jij maar niet werken, want wat je verdient, gaat toch (grotendeels) op aan vergoeding voor kinderopvang/huishouden.”

Dit is niet eerlijk delen, dit is zoveel mogelijk verdienen als economische eenheid (gezin). Indirect verdient moeder nu ook evenveel als vader: immers zij doet de full time taak die niet rechtstreeks met geld wordt beloond, waardoor vader zijn uren kan werken.

Wat is wel eerlijk delen? Er is één taak,  die 40 uren werk vergt verspreid over 24/7, maar niets handje contantje oplevert. Het is echter een heel belangrijke gezamenlijke taak: het opvoeden van kinderen (en daar hoort het huishouden bij). Eerlijk is dan :ieder voor de helft verantwoordelijk. Inkomen verdienen is ook één full time taak: ieder voor de helft verantwoordelijk.

De uren die vader betaald werkt in de tijd dat hij verantwoordelijk is voor de thuistaak, moet hij zelf voor vervanging zorgen. Hij betaalt dus de oppas, huishoudelijke hulp of wat hij maar nodig acht en zorgt ook dat die er is. En voor moeder geldt hetzelfde. Ook zij kan kiezen om haar halve week thuistijd uit te besteden. Als ze samen besluiten dat hij zijn vrouw inhuurt voor de helft die hij verantwoordelijk is (zij is thuismoeder, hij de enige kostwinner[2]) dan is het eerlijk om dat te laten terugkomen in de verdeling van het inkomen.

Daarbij helpt de nieuwe wetgeving, waarbij  het huwelijk standaard op huwelijkse voorwaarden wordt gesloten. Juist voor niet of weinig betaald-werkende partners kan dit een goede zaak zijn, als je even de moeite neemt om eerlijke voorwaarden te maken. Dat is het geval bij een beding, dat beiden naar rato van het inkomen per maand geld bijdragen aan de gemeenschappelijke huishoudpot. Aan het eind van het jaar moet dan verrekend worden: wat ieder aan verdiend geld over heeft, wordt opgeteld en ieder krijgt de helft. Zo wordt het geld dat de niet-betaald-werkende ouder indirect heeft verdiend, zichtbaar en aan haar uitbetaald, na aftrek van de kosten van levensonderhoud van allen.

Waarom is het belangrijk om hier zo mee officieel en duidelijk mee om te gaan? Je maakt zo je keuzes bewust èn je opvatting over wat eerlijk delen is. Dat voorkómt latere wrok als de consequenties van je keuzes merkbaar worden: heb je veel buitenshuis gewerkt, dan heb je veel gemist van het opgroeien van je kinderen  en als je veel thuis hebt gewerkt,  kan het zijn dat je salaris achter blijft lopen door je deeltijd-carrière.

[1] Soms is het natuurlijk juist andersom of zijn het twee mannen/twee vrouwen. Voor de leesbaarheid bespreek ik maar één verdeling, nl die het meeste voorkomt.

[2] Grappig genoeg zie je tegenwoordig vaak “kostwinnaar” – alsof het een prijs in een loterij is.


Moeder de vrouw: economisch zelfstandig?

Het Sociaal Cultureel Planbureau houdt jaarlijks bij hoeveel mensen in de arbeidsleeftijd economisch zelfstandig zijn. Daarmee wordt bedoeld: hoeveel procent van de mensen in de arbeidsleeftijd verdient 70% van het minimumloon of meer. (m.i. is meer noodzakelijk maar daar gaat het nu niet over). Met tevredenheid wordt gesteld dat inmiddels 60% van de vrouwen zoveel verdient.  Het overheidsbeleid is erop gericht dat iedereen zoveel moet verdienen. De overheid vindt het nodig dat ook in gezinnen met jonge kinderen beide ouders economisch zelfstandig zijn. M.i. is daarvoor geen onderbouwing. Voor de leesbaarheid ga ik uit van een gezin waar de vader voldoende verdient en de moeder niet.

De redenering achter dit beleid is, dat moeder de vrouw in staat moet zijn om het inkomen van het gezin te verdienen als zij er onverhoopt alleen voor komt te staan. Dat is een verstandige gedachte, echter het is een drogredenering, dat dit alleen bereikt kan worden als zij van meet af aan al zoveel verdient.  Het is vreemd om dat te verlangen op een moment dat deze situatie niet aan de orde is (ze zijn immers samen) èn dat er al twee full time taken zijn (zoals ik liet zien in een vorige blog).  Waar het wel om  gaat is, dat je beiden, indien nodig, voldoende geëquipeerd bent om snel in het arbeidsproces mee te kunnen doen.

Impliciet zit er een aanname achter  het beleid dat beide partners economisch zelfstandig moeten zijn:

Wie zes jaar of langer economisch onzelfstandig is geweest in een klein baantje, kan daarna niet voldoende verdienen. Dit nu is onjuist. Wie deeltijd werkt en haar beroep goed bijhoudt, kan altijd als het nodig is het aantal uren uitbreiden, althans als er vraag naar is op de arbeidsmarkt. Neem het voorbeeld van een basisschool docent: wie nu twee dagen per week werkt, wordt met open armen ontvangen zodra hij/zij meer wil werken. De crux zit dus in de arbeidsmarkt en niet in de economische zelfstandigheid.  Al die jaren betaald werken met nog jonge kinderen beschermen niet tegen de grillen van de arbeidsmarkt: je loopt altijd het risico werkloos te worden.

Kunnen moeders de vrouw die helemaal geen betaald werk hebben gehad tot de jongste 6 is, daarna voldoende verdienen? Dat is lastiger. Ze hebben geen ervaring op gedaan en hun vak niet bijgehouden. Dan is het dus van belang dat zij – vanaf dat de jongste 6 is of zodra het nodig is – een zetje krijgen om dat in te halen.  Daarvoor is nodig dat gespaard is (wie dat sparen doet, de overheid, de werkgevers of de gezinnen zelf is een discussie apart) om weer up-to-date te worden of om te scholen. Er moet voldoende geld zijn voor een (spoed)opleiding èn om haar thuis te vervangen terwijl ze de opleiding volgt.

Er zijn veel goede redenen waarom beide partners betaald werk  willen hebben. Echter de noodzaak tot economische zelfstandigheid van beiden is niet één van die goede redenen. Wat wel één van de (financiële) redenen is om beiden betaald te werken: twee lagere inkomens zijn voordeliger bij de inkomstenbelasting dan één hoger inkomen.


Moeder de vrouw en betaald werk

Moeder de vrouw is het thema van de boekenweek, een controversieel thema. Veel wordt geschreven over de combinatie van moeder de vrouw en betaald werk. Want laten we duidelijk zijn: alle moeders zijn werkende vrouwen, echter niet allen worden voor een deel van hun werk betaald. Alleen degenen die een baan buitenshuis hebben, kunnen daarmee ook rechtstreeks geld verdienen. Alle anderen (de thuismoeders) verdienen  indirect geld, doordat hun partner door hen tijd heeft om een volle werkweek betaald te werken. In een serie blogs ga ik in op de betaald werkende moeder de vrouw, gebaseerd op mijn eigen ervaring en op wat ik nu zie bij jonge vrouwen.

Veel vrouwen verwachten ook bij het tweede kind nog net zo goed en zo veel te kunnen werken als toen ze één kind hadden of zelfs helemaal geen kinderen. En dat niet alleen, ze willen ook het moederschap op de best mogelijke manier vormgeven. Vonden vrouwen het aan het begin van de vorige eeuw voldoende als hun kinderen schoon, gevoed en gekleed de straat op gingen, nu stellen werkende moeders zichzelf ook nog de eis om het moederschap veel meer inhoud te geven. De traktatie op school van het jarige kind wordt zelf gemaakt, de avondvierdaagse meegelopen, kinderpartijtjes zijn ware huzarenstukjes. Daarbij willen ze een goed ogende, meelevende partner zijn. Bovendien stellen ze zichzelf de eis dat ze daarbij een relaxte indruk maken, niet die van een afgejakkerde duizendpoot. Ik houd de beschrijving kort, je kent vast wel iemand die deze bovenmenselijke idealen hoog houdt (en ik heb het zelf ook geprobeerd).

Want bovenmenselijk is dit streven. Vaak wordt het perfectionisme genoemd, maar mijns inziens is het meer dan dat: het is een almachtswens. Deze betaald-werkende moeders stellen zich bovenmenselijke macht over hun leven voor.  Zij willen (en proberen) met bovenmenselijke krachten alles onder controle te houden en aan alle idealen (kostverdiener, moeder, partner) tegelijk te voldoen. Het is een vorm van magisch denken. Als je maar alles op alles zet, elke dag weer, dan lukt dit. Bij kinderen kun je dit magisch denken ook zien: moeder kan alles, weet alles en niets is haar teveel.

Misschien denk je dat ik overdrijf. Je doet immers concessies: je partner en jij hebben bijvoorbeeld samen 1,5 betaalde baan. Dan nog betekent het dat jullie met zijn tweeën 2,5 baan uitvoeren: een gezin met twee kinderen en het huishouden is een dagtaak en dan nog wel een inefficiënte dagtaak. Je wordt gestuurd door het levensritme van je kinderen, of dat nu volle luiers en voedingen of schooltijden zijn en het huishouden moet er tussendoor. Als je een kind naar de dagopvang brengt, is een deel van het werk opgevangen, maar het huishouden en alle overige zaken niet.

Een tijd lang is deze almachtswens een krachtige motivator.  Veel jonge moeders houden het een heel aantal jaren vol.  Het is echter roofbouw op jezelf en niet zelden leidt het uiteindelijk tot een breuk in het patroon. Dat kan zijn dat de relatie geen stand houdt, het kan ook een burn-out zijn. Beide geven een enorm gevoel van onmacht, een kaartenhuis dat instort. Alleen een periode van erkennen van de onmacht en herbezinning op de menselijke maat is de start van de genezing.

Is dit een pleidooi om betaald werk op te geven? Geenszins. Het is wel een pleidooi om eerlijk te rekenen: hoeveel werk/tijd/energie is nu eigenlijk echt nodig? Wat kun je opbrengen? Hoeveel steuntroepen/geld heb je? In “Spitsuur van het leven” doe ik daartoe een voorstel.